Mijn Reis door Thailand: Van Seoulse Kou tot Krabi Zonneschijn
Er zijn van die reizen die je ziel raken. Reizen die je herinneringen geven waar je jaren later nog naar teruggrijpt; ruikend aan een stuk Thaise basilicum of scrollend door oude foto’s op je telefoon. Mijn reis door Thailand in december was er zo één.
Samen met mijn gezin en een familievriend vertrokken we vanuit de kou van Europa richting het verre Oosten. En zoals elke echte Black Girl Journey betaamt, begonnen we met een onverwachte twist: een tussenstop in Zuid-Korea. Seoul was fris; letterlijk én figuurlijk. De temperatuur lag rond het vriespunt, maar de energie in de stad was warm en sprankelend. Denk: straatverlichting, geurige stalletjes met dumplings en mode-inspiratie op elke straathoek. Een mooi contrast met wat ons in Thailand te wachten stond. Lees hier over onze avonturen in Seoul.
Bangkok: Een ontmoeting na 12 jaar
Na de kou van Korea voelde Bangkok als een warme deken. Tropisch, bruisend en eerlijk is eerlijk ook een beetje chaotisch. Hier ontmoette ik een goede vriend die ik al zeker 12 jaar niet had gezien.
We ontbeten op een plek die je misschien herkent: het Lebua Hotel, beroemd uit de film The Hangover 2. Daarna dwaalden we langs de rivier, namen een bootje naar het luxe winkelcentrum Icon Siam en genoten van de sfeer, de kleuren, de geuren.
’s Avonds misten we helaas onze geplande dinner cruise, maar de Thaise maaltijd bij Icon Siam maakte alles goed. Pittige curry, geurige rijst, en een goed gesprek met oude vrienden. Wat wil een mens nog meer?
Chiang Mai: Culture meets nature




Chiang Mai voelde anders. Rustiger, groener, vriendelijker. Alsof de stad je uitnodigde om even diep adem te halen.
We kwamen aan op eerste kerstdag, maar in plaats van kalkoen en cadeaus kozen we voor eenvoud: zwemmen, relaxen en dineren op de night market. Diezelfde avond belandden we spontaan bij een Thaise bokswedstrijd; een ervaring die nog lang is blijven hangen.
De volgende dag begon ik aan iets wat ik nooit dacht te doen: een Thaiboks-workshop. Het zweet, de focus, de kracht… ik voelde me zó alive. We ontbeten bij een lokaal restaurant en wandelden door hun magische neveltuin. Later ziplineden we door het bos, zagen een Cobra-show en eindigden op de Chiang Mai Night Safari. Op dag drie trokken we de natuur in. We beklommen Doi Suthep voor het uitzicht op een waterval. Mijn benen protesteerden, maar mijn hart juichte. We sloten af met een massage op Thaise stijl en met een glimlach van oor tot oor.
Surat Thani: Niet alles is Instagram-perfect
Onze volgende stop zou Khao Sok National Park zijn, maar een fout in de boeking gooide roet in het eten. Geen kamers meer beschikbaar, dus werden we noodgedwongen naar Surat Thani gestuurd.
Grijs. Regenachtig. Niks te doen. Het voelde als een anticlimax.
Maar weet je? Juist op zulke momenten leer je reizen met het moment. We genoten van simpele dingen. En op de laatste avond werden we verrast door een live optreden van een Thaise R&B-band. We verstonden niets, maar voelden alles. Muziek verbindt.
Ao Nang, Krabi: Het paradijs waar ik van droomde
Zodra we Ao Nang binnenreden, voelde ik de shift. De lucht werd blauw, de zee glinsterde en palmbomen wuifden ons welkom. Dit was het Thailand uit de reisbrochures, maar dan beter, omdat ik het nu zelf beleefde.
Oud & Nieuw vierden we op een catamaran, kijkend naar de laatste zonsondergang van het jaar boven de Andamanse Zee. We deelden mee in de Thaise traditie om lampionnen los te laten op Oudjaar en om twaalf uur genoten we vanaf de zee van het vuurwerk dat van het strand werd afgeschoten.
We zwommen in de Emerald Pool, ontdekten de Blue Pool (waar je niet mag zwemmen maar wel mag staren van verwondering), en dobberden in de warme wateren van de Hot Springs.
Eten deden we bij Johnny’s Pizza en Smash Burger, waar we fijne gesprekken hadden met de eigenaars uit Italië en Libanon. Het soort connecties die je alleen op reis maakt.
Phi Phi-eilanden: Een ansichtkaart die tot leven komt




Onze dagtrip naar de Phi Phi-eilanden voelde als een droom. We vaarden langs Maya Bay, snorkelden tussen kleurrijke vissen en vonden rust op Long Beach.
Ja, sommige delen waren té toeristisch, maar dat stukje strand waar de wereld stil leek te staan? Dat neem ik voor altijd mee.
Phuket: Krokodillen, olifanten en afscheid
Phuket was onze laatste stop. Druk, levendig, en tikkeltje overweldigend. We bezochten Bangla Road (leuk, maar niet echt kidsproof), bekeken een krokodillenshow (eng én fascinerend), en bezochten een ethisch olifantenreservaat.
Mijn dochter mocht de olifanten voeren en wassen; haar grote droom. Die lach op haar gezicht vergeet ik nooit meer.
We eindigden onze reis met massages en een bezoek aan een schietclub (voor de mannen), en vlogen daarna terug naar Seoul. Vanuit daar namen we het vliegtuig naar huis, vol verhalen, geuren, foto’s en herinneringen.
Waarom Thailand als zwarte vrouw?
Omdat het veilig is. Gastvrij. Betaalbaar. Vol cultuur, avontuur en tropische pracht. Maar vooral: omdat je jezelf er kunt tegenkomen op manieren die je niet verwacht.

Als zwarte vrouw viel ik soms op (Surat Thani), maar voelde ik me nooit onveilig. Integendeel: ik werd met nieuwsgierigheid, soms bewondering, maar meestal met open armen ontvangen.
Zeg eens eerlijk…
Heb jij al een reis naar Thailand op je planning staan? Of is er een ander land dat op jouw radar staat? Laat het me weten in de reacties. En vergeet niet:
Je hoeft niet te wachten tot ‘de tijd rijp is’. De wereld wacht op jou!
Aan de hand van je verhaal.hebben jullie het geweldig gehad. Ik kreeg meteen trek.in Thais eten. Heerlijk hoor.
Jaaa… heerlijk Thais eten. Ik vond het eten in Bangkok en Chiang Mai echt super.